natuur.koepel | beleid | natuurgebieden | publicaties | activiteiten | steunen/lid worden | sponsors | contact | privacy
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
Inschrijven voor de nieuwsbrief
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Zuid-West-Vlaming heeft amper natuur op wandelafstand

Gemiddeld slechts 40 m² natuur voor elke Zuid-West-Vlaming
Met 40 vierkante meter natuur op wandelafstand moet een Zuid-West-Vlaming het met bijna 20 keer minder stellen dan een Limburger. Dat blijkt uit een onderzoek dat Natuurpunt gedaan heeft op basis van gegevens van het VITO. Nochtans heeft natuur dichtbij heel wat voordelen.

Natuur in de buurt heeft een gunstige invloed op zowel de mentale als lichamelijke gezondheid. Mensen die in de nabijheid van een groene omgeving wonen voelen zich fitter, zijn minder ziek en herstellen makkelijker van stress. Natuur maakt mensen niet alleen gezonder, het maakt hen ook creatiever en productiever en levert zo ook belangrijke economische baten op. Bovendien is investeren in meer natuur de beste bescherming tegen klimaatverandering. Vlaanderen heeft dat potentieel in 1993 al opgemerkt en vertaald naar de Vlaamse richtlijnen van nabije natuur, de zogenaamde groennormen. Daarin staat dat elke Vlaming recht heeft op een natuurgebied van 30 ha op 1,6 km van de woning.

Uit het rapport van Natuurpunt blijkt dat er 21 jaar na datum nog werk aan de winkel is om van die groennormen een realiteit te maken. Slechts 46 procent van de Vlamingen vindt een gebied van 30 ha in de buurt van hun woning. Dat betekent dat drie miljoen Vlamingen het zonder zo’n wandelgebied moeten stellen. De verschillen tussen de provincies zijn groot: in Limburg en Antwerpen kan respectievelijk 66 en 62 procent van de inwoners aan de drukte ontsnappen in een groot natuurgebied. West-Vlaanderen scoort het slechtst: slechts voor 24 procent van de inwoners zijn de groennormen een realiteit.

Voor Zuid-West-Vlaanderen zijn de resultaten ronduit rampzalig. Amper 10 procent van de inwoners uit de regio woont binnen de 1,6 km van een natuurgebied van minstens 30 ha. Zuid-West-Vlaanderen vormt zo een donkerrode vlek op de kaart van Vlaanderen met gemeenten als Ingelmunster, Izegem, Kuurne, Ledegem, Lendelede, Menen, Moorslede, Wervik en Wevelgem als uitschieters.


Volgens het onderzoek van Natuurpunt is zo’n 15 procent van het Vlaamse grondgebied natuur. Vergelijking van dit cijfer met het Europese gemiddelde van 42 procent maakt meteen duidelijk hoe sterk verstedelijkt en dicht bevolkt Vlaanderen wel is. Voor Zuid-West-Vlaanderen liggen deze cijfers nog een pak lager. Amper 2,6 procent van het landgebruik is er natuur. Kortrijk scoort hier met 3,9 procent ver onder het gemiddelde van de centrumsteden (14 procent).

Ook wat de oppervlakte natuur per inwoner betreft scoort onze regio zeer laag. Elke Zuid-West-Vlaming heeft maar 40 m² ter beschikking. Voor Vlaanderen ligt dit gemiddelde op 318 m² en voor Limburg op maar liefst 742 m².

De nood aan meer natuur is groot en zal als gevolg van de stijgende bevolkingsdichtheid en het hitte-eilandeffect nog toenemen. Daarom vraagt Natuurpunt dat Vlaanderen de langetermijnplanning die in 1993 opgesteld werd decretaal te verankeren tegen 2016. Intussen moet verder ingezet worden op nieuwe nabije natuur en stadsbosprojecten. Daarnaast moet het project Rivierherstel Leie de volle steun krijgen van steden en gemeenten. Want dit rapport maakt één ding pijnlijk duidelijk; Zuid-West-Vlaanderen loopt ver achter wat betreft natuurontwikkeling.

Documenten

Volledig rapport Natuurpunt
Memorandum verkiezingen 2014 Natuur.koepel vzw

Informatie

Hans Vermeersch (hans@natuurkoepel.be of 0487/64 45 85)